Theodosia van Constantinopel
Haar moeder, die onvruchtbaar was, verkreeg door haar volgehouden gebed toch een dochter, die zij, volgens haar gelofte, op 8-jarige leeftijd naar het klooster van de Heilige Athanasia bracht. Daar groeide Theodosia op.
Toen de soldaten van Keizer Leo de Isauriër in het jaar 746 de grote Christus-icoon boven de Bronzen Poort (d.i. de stadspoort van Constantinopel) wilden vernietigen, was Theodosia een van de monialen, die de ladder, waarop de soldaten omhoogklommen, omverwierpen. Op keizerlijk bevel werden de monialen opgesloten in de gevangenis en dagelijks met honderd zweepslagen gruwelijk geslagen. Na verloop van een week werden ze door de soldaten en hun speren naar een slachthuis gejaagd om er onthoofd te worden. Theodosia zou, volgens bepaalde bronnen, echter onderweg reeds door een soldaat zijn gedood, toen deze een ramshoorn door haar keel stootte.
Christenen verborgen haar heilig lichaam met eerbied in het klooster van de Heilige Eufemia te Constantinopel, dicht bij de plaats ‘Dexiokratis’. Het graf van Theodosia was een bron van vele genezingen.
Troparion t.4
Gij hebt de deugd tot voltooiing gebracht * als een woonplaats van Christus * en een bemind verblijf van de Heilige Geest. * Gij hebt gestreden tegen de algemene vijand * en hem verslagen met het zwaard van het Geloof. * Maagdelijke Martelares Theodosia, * gij zijt nu overgegaan naar de vreugden van het Hemelse Bruidsvertek. * Bid voor ons die u vereren ** om de grote genade.
|