Abraämius de Kluizenaar en Maria, zijn nicht

Door zijn ouders ertoe gedwongen, trad Abraämius in het huwelijk, maar op de huwelijksdag zelf verliet hij zijn bruid, het ouderlijk huis en al zijn bezittingen en trok zich terug in de eenzaamheid om er een leven van strikt ascetisme te leiden. Zo leefde hij 50 jaar lang en hij verliet zijn cel slechts 2 keer gedurende deze hele tijd. Een eerste maal gebeurde dit op vraag van zijn bisschop om een goddeloos dorp tot het Christelijk Geloof te bekeren. De tweede maal dat hij zijn cel verliet, was om zijn losbandig nichtje Maria te redden. Hij ontsliep, op 70-jarige leeftijd, vredig in het jaar 360.