Vinciana van Wintershoven
Halverwege de 7de eeuw werd vanuit Rome een groep mensen gestuurd om Amandus, de Bisschop van Tongeren en Maastricht, bij te staan. Het waren de priester Landoaldus, zijn zuster Vinciana, de diakens Amantius, Adrianus, Julianus en Landrada van Munsterbilzen. Grootgrondbezitter Winidihari, of Windo, en in de streek van Gent bekend als Bavo, schonk Landoaldus een stukje Haspengouw, die hier op zijn beurt een klooster bouwde, waarin de gezellen een vroom en gelovig leven leidden. Ook de dochter van Bavo, Aldetrudis, werd aan Landoaldus toevertrouwd. Hierdoor werd Wintershoven het centrum van zijn apostolische activiteit, dat voor een belangrijke rol speelde in de evangelisering van Belgisch en Nederlands Limburg. In 659 bouwde hij er ook een kerkje dat hij toewijdde aan de Sint-Petrusbanden. Daar werden Landoaldus en Vinciana later ook begraven.
Volgens de overlevering werd de latere Bisschop van Tongeren en Maasstricht, Lambertus, als klein jongetje door zijn vader, Aper, voor zijn eerste vorming aan Landoald toevertrouwd.
Op die wijze werd Wintershoven het dorp van vele heiligen, wier relieken er nog steeds op 1 en 2 november worden vereerd: Adeltrudis, Landrada, Vinciana, Adrianus, Julianus, Landoaldus en Amantius.
Kondakion t.4
Als overwinningsbuit hebt gij de zielen der ongelovigen tot Christus gebracht, * Heilige Vinciana, * want in uw ascetische gevechten * hebt gij steeds de Boze overwonnen. * Bid daarom tot de grote Krijgsheld, * Die de Hades vernietigd heeft, * dat wij bevrijd worden * uit de strikken ** van de arglistige Slang.
|