Tatiana
Tatiana was een Romeins meisje, uit rijke ouders geboren. Zij was een Christen en diacones in de kerk. Na de dood van Keizer Heliogebalos, kwam Keizer Alexander aan het bewind, wiens moeder, Mammaea, ook een Christen was. Keizer Alexander zelf echter aarzelde en bleef besluiteloos in de keuze van zijn geloof, hij had in zijn paleis standbeelden van Christus, Apollo, Abraham en Orfeus. Zijn hogere ondergeschikten namen eigenmachtig het besluit de Christenen te vervolgen, zonder het bevel van de keizer af te wachten.
Toen zij de maagd Tatiana voorleidden om gefolterd te worden, bad zij voor haar beulen. En zie, hun ogen werden geopend en zij zagen vier engelen rond de martelares. Door dit visioen kwamen acht beulen tot geloof in Christus, waardoor ook zij werden gefolterd en gegeseld. De beulen gingen door met het folteren van Tatiana. Ze sloegen haar, sneden stukken uit haar lichaam en vilden haar met ijzeren haken. Verminkt en hevig bloedend, werd Tatiana ‘s avonds in de kerker gegooid, want de folteringen zouden telkens ’s anderendaags onverminderd doorgaan.
God echter zond Zijn engelen naar de kerker om haar te bemoedigen en haar wonden te helen, zodat Tatiana elke morgen geheel ongedeerd voor haar beulen verscheen. Ze wierpen haar voor de leeuwen, maar de leeuw aaide haar en deed haar geen kwaad. Ze sneden haar haar af, want ze dachten dat er haar haar een magische kracht bezat. Deze gedachtengang is kenmerkend bij ketters en ongelovigen.
Tenslotte werden Tatiana en haar vader samen naar buiten geleid, ze werden beiden onthoofd. Zo eindigde Tatiana rond het jaar 225 haar aardse leven. Zij die het breekbare lichaam van een vrouw, maar een sterke en een manmoedige geest had, werd gekroond met de onbederfelijke krans van heerlijkheid.
Kondakion t.4
Helder zijt gij in uw lijden opgestraald, Moedige Martelares, * en heerlijk getooid met uw bloed, * zijt gij als een lieflijke duif opgevlogen naar de Hemel, * Heilige Tatiana. ** Bid zonder ophouden voor ons, die u vereren.
|