Gordel van de Moeder Gods

Na haar Ontslapen schonk de Moeder Gods haar gordel aan de Apostel Thomas en werd door gelovige Christenen bewaard te Jeruzalem.. Deze gordel werd later overgebracht naar Chalcoprateia te Constantinopel, waar hij in een verzegelde reliekschrijn werd gelegd. Het schrijn werd nooit geopend, tot de vrouw van Keizer Leo de Wijze, Keizerin Zoë, ziek werd en, na een mystiek visioen, vroeg om de gordel van de Moeder Gods opgelegd te krijgen. Nadat de Keizer de Patriarch had gesmeekt om aan de vraag van zijn echtgenote tegemoet te komen, werd de gordel uit het schrijn gehaald en op de Keizerin gelegd, die meteen genas. Deze genezing wordt vandaag herdacht.
De gordel verblijft nog steeds in Constantinopel, maar gedeelten ervan liggen ook in Trier, in het Vatopedi Klooster op de Athos en in een special daartoe gebouwde kerk te Mingrelia in Zugdid (Georgië).