Interview Archimandriet Thomas - vragen:
1- |
Vader Thomas, wilt u ons wat vertellen over
deze stichting en de evolutie van het Monasterium? Wij
hebben... |
2- |
Waarom Pervijze? Omdat
ik... |
3- |
Hoe verhoudt u zich tot uw buren, uw omgeving en de plaatselijke
kerken? In het begin... |
4- |
Kunt u kort uw eigen geestelijke weg beschrijven? Ofschoon
deze vraag... |
5- |
Waarom koos u het monastieke leven en niet een leven als
priester, met of zonder professionele activiteiten? Ik
ben een mens uit... |
6- |
Welke zijn de Monastieke Regels die u volgt? De
Monastieke Regels die... |
7- |
De Monastieke Regel hier bij jullie lijkt streng. Dat moet
moeilijk zijn voor de jonge monniken? Eerst
moet ik u zeggen... |
8- |
Hebt u bij het begin moeilijkheden of hardheid ervaren,
of zelfs ontmoediging? Ik
denk dat... |
9- |
Denkt u dat alle monasteria Levensregels zoals de uwe zouden
moeten hebben? Een goede
higoumen... |
10- |
U hebt ongetwijfeld een ambitie, een ideaal Welk? Mijn
ambitie is... |
11- |
Vertel ons wat over uw Parochie? De
Parochie bestond... |
12- |
Kunt u ons ook spreken over Uw visie betreffende de catechese
van volwassenen en van kinderen? Het
meest belangrijke... |
13- |
Wat hoopt u voor de wereld van vandaag? Het
grote verlangen... |
14- |
Christus zei tot de Apostelen: "Ik ben met u " en telkens
u liturgie viert komt Christus tegenwoordig in de werel, het
is dus niet nog te komen. Waarom dan "MARANATHA"? In
de Heilige Liturgie... |
15- |
Er bestaat een gevaar voor het Monnikendom, nl. het verwerpen
van de wereld, het apocalyptische idee dat God komt om te
straffen, om de corrupte wereld te doen branden? Ik
heb helemaal niet... |
16- |
Christus vraagt ons om mee te werken, om meer actief te
zijn; het Christendom mag geen toevluchtsoord of veilige haven
worden. Is het Oosterse monnikendom niet bekoord geweest door
een Esseense geest die de wereld verwierp ? De
mens die dit niet... |
17- |
Welke zijn de positieve en negatieve punten in de wereld
van vandaag volgens u ? Ik
ga u antwoorden met... |
18- |
Wat zou uw boodschap zijn aan de mensen die " een leven
als iedereen " leiden ? De
grote boodschap die... |
Vertaling Zuster Noëmi.
Vader Thomas, wilt u
ons wat vertellen over deze stichting en de evolutie van het Monasterium?
Wij hebben voor de eerste
maal gecelebreerd op het feest van de Geboorte van Christus in
1976. Ik was natuurlijk heel alleen; ik kwam van Nederland van
bij onze Aartsbisschop Jacques de La Haye (uit Den Haag) die mij
zijn zegen gegeven had om terug naar België te komen. En het is
ook met de zegen van Monseigneur Basile (Krivocheine) dat ik hier
heb mogen beginnen. Met de hulp van enkele mensen die interesse
hadden voor de Orthodoxe leer, konden
wij het gebouw kopen dat zich in een betreurenswaardige toestand
bevond. Weet u, het stond sinds meer dan 15 jaar leeg; er woonde
niemand en de koeien zochten een schuilplaats in het pand. Er
waren praktisch geen vensters meer, geen vloer, alles was kapot,
en dank zij dit alles konden wij het kopen. We hebben langzaamaan
het huis terug opgebouwd en de kleine kerk opgetrokken. Vooral
aan dit kerkje besteedden
we al onze aandacht. Er was iemand die Ikonen kon schilderen en
we begonnen onze liturgische diensten, in de Kerstnacht, zonder
verwarming, met een Ikoon van de Heer en van de Moeder Gods. In
het huis was er een tafel, twee stoelen en een bed om te slapen;
ik had lakens van het leger, lakens die zij weggegooid hadden.
Maar langzaamaan kreeg alles een gelaat en de mensen uit de omgeving
kwamen naar de gebedsdiensten. Ik heb hier 5 jaar alleen geleefd,
en dan is Vader Johan gekomen; dat veranderde veel want nu hadden
we vier handen in plaats van twee. Nadien kwamen de derde, de
vierde; de vijfde is weer vertrokken want het leven hier was te
hard voor hem. Op dit ogenblik is er een postulant uit Nederland
die in het Monasterium zou willen intreden.
Waarom Pervijze?
Omdat ik een Monasterium in
een kalme omgeving wou, in de natuur en niet in de stad. Het is
moeilijk een inwendig leven te leiden temidden van huizen en mensen,
want om te verinnerlijken heb je ruimte en kalmte nodig, en natuur
om je heen.
Hoe verhoudt u zich
tot uw buren, uw omgeving en de plaatselijke kerken?
In het begin bekeken de mensen
uit de buurt mij als een waar fenomeen! Een heel speciale monnik,
vooral daar ik niet katholiek was, en dat ik lang haar en een
baard had (in die tijd was dat nog zeer speciaal, vandaag niet
meer). Men catalogeerde mij in een eerder
spectaculaire minderheid, maar beetje bij beetje gewoonden ze
zich eraan mij te zien en ze konden vooral vaststellen dat wat
we hier deden oprecht was en dat we heel regelmatig onze gebedsdiensten
hielden. Vandaag de dag komen meer en meer mensen gebed vragen
aan de gemeenschap. Zij komen ook hun overschot wortelen brengen,
of andere groenten die ze hebben, om ons te helpen. Wat betreft
de officiële geestelijkheid van de plaatselijke kerken, is er
haast geen contact. Er komen wel enkele priesters, maar anderen
gaan nog met wantrouwen voorbij en proberen soms met weinig correcte
middelen aan de mensen te zeggen dat ze hier beter niet komen.
Kunt u kort uw eigen
geestelijke weg beschrijven?
Ofschoon deze vraag een heel
persoonlijk terrein raakt, wil ik toch even kort antwoorden. Sinds
altijd heb ik de roep van de Heer in mijn hart gevoeld, op de
een of andere manier. Ik wist dat Hij heel mezelfwou, zelfs al
probeerde ik hieraan te ontsnappen. Telkens wanneer ik mij er
niet aan verwachtte was Hij daar. Het probleem was dat ik in de
Katholieke Kerk waarin ik geboren ben, niet mijn weg vond. Aan
de andere kant verloor ik een vriend in een ongeluk, wat al mijn
ideeën over God en over de godsdienst danig ondersteboven gegooid
heeft. Ik begon te twijfelen over sommige punten van de klassieke
theologie en trachtte te praten met een Abt, met de jezuïeten,
met de theologen van het seminarie. ...Zij gaven mij niet de goeie
antwoorden. Ze zeiden mij dat het Gods wil was en dat ik het zondermeer
moest aanvaarden. Ik vervolgde mijn zoektocht en ging te rade
bij de Protestanten en daarna bij de Joden. Daar heeft de Groot-Rabbijn
Dreyfus van Brussel mijn hart beginnen openen. Hij is niet afgekomen
met theologische argumenten, maar hij zei me heel eenvoudig :"Broertje,
ik ben de enige van mijn familie die in leven is gebleven, ze
zijn allemaal gestorven in de concentratiekampen, en toch geloof
ik dat de Heer de "God van de Levenden" is. En toen nam hij zijn
gebedssjaal en begon voor mijn vriend de gebeden voor de overledenen
te zingen. Op dat ogenblik opende mijn hart zich weer en tegelijk
ook de weg naar God. Dat wou niet zeggen dat ik Jood wilde worden,
maar ik ben hem ontzettend dankbaar want het is hij die mijn hart
geopend heeft en die aan Aartsbisschop Jacques (de La Haye) (van
Den Haag) de mogelijkheid gegeven heeft verder te gaan en mij
een persoonlijk woord te geven dat bentwoordde aan wat mijn hart
verwachtte en nodig had. De aartsbisschop heeft mij de Weg naar
Christus getoond, en zo ben ik Orthodox geworden.
Waarom koos u het monastieke
leven en niet een leven als priester, met of zonder professionele
activiteiten?
Ik ben een mens uit één stuk
en ik probeer tot het uiterste te gaan. Ik geloof dat wanneer
men het leven met Christus begint met heel zijn hart, men werkelijk
door God zelf op de monastieke weg getrokken wordt. Dit wil niet
zeggen dat de anderen niet ernstig of minder ernstig zijn, maar
ik denk dat het totaal aan God gegeven leven het monastieke leven
is. Men is Hem nader bij, het hart is minder verdeeld. De priesters
in de wereld hebben diverse bezigheden, en hebben dus problemen
en moeten soms keuzes maken tussen verschillende dingen. Een monnik
kan (maar doet het niet altijd) de directe weg naar God kiezen.
Welke zijn de Monastieke
Regels die u volgt?
De Monastieke Regels die
in het klooster gevolgd worden zijn die van de Heilige Basilius,
maar andere monasteria volgen die van Sint-Benedictus. Hier refereren
wij ons tot de H. Basilius alsook tot de commentaren van de H.
Theodore de Studiet.
De Monastieke Regel
hier bij jullie lijkt streng. Dat moet moeilijk zijn voor de jonge
monniken?
Eerst moet ik u zeggen dat
dat niet helemaal waar is; de Regel is strikt maar we doen niet
altijd wat de Regel zegt. Naar mijn mening moet de Vader Higoumen
zien wat de broeders kunnen dragen, hen zo veel als mogelijk is
vragen, zonder echter boven hun krachten te gaan. Ik tracht voor
elk de Regel aan te passen aan zijn eigen persoonlijkheid, en
dus probeer ik in 't algemeen de generale regels van de Kerk toe
te passen zonder de persoonlijkheid van de monnik te breken.
Hebt u bij het begin
moeilijkheden of hardheid ervaren, of zelfs ontmoediging?
Ik
denk dat het voor iedere jonge man of vrouw die alleen
gaat leven en het ouderlijk nest verlaat, altijd erg moeilijk
is. Dat is ook zo voor het huwelijk, of wanneer men zich inzet
voor de anderen, in het beroepsleven, in de Derde Wereld Er zijn
ogenblikken dat men zich afvraagt waar men mee bezig is. Of het
werkelijk nuttig is ? Ik denk dat iedereen door zulke momenten
heen moet. Persoonlijk moet ik zeggen dat ik grote moeilijkheden
heb gehad in het klooster, overgaande van een monastiek leven
in de Katholieke Kerk tot een monastiek leven in de Orthodoxe
Kerk. Het was helemaal anders, mijn geestelijke leider was erg
veeleisend en ik maakte moeilijke momenten mee. Op een bepaald
ogenblik had ik werkelijk zin om het klooster en het monastieke
leven achter te laten, maar dank zij een mirakel ben ik daarvan
gespaard gebleven. Toen ik op een ogenblik van ontmoediging aan
't bidden was in de Kerk van Den Haag, wenend voor de Ikoon van
de Heer en Hem zeggend dat ik het niet meer zou uithouden, hoorde
ik in de sacristie een rinkelend klokje en telkens ik in het lokaal
binnenging hoorde ik , niets meer. Ik wist niet dat het "mandya"
van aartsbisschop Jacques van Den Haag ook dat was van aartsbisschop
Jean (Maximovitch) van Shangaï. Ik werd zenuwachtig en op een
gegeven ogenblik ben ik aan aartsbisschop Jacques gaan zeggen
dat ik dat klokje hoorde en vroeg hem heel geënerveerd wat dat
te betekenen had. ..Hij antwoordde me dat "Aartsbisschop Jean
me iets wou zeggen". En hij voegde erbij :"Ga nu binnen in het
Heiligdom en bid voor het altaar". Ik probeerde binnen te gaan
in het heiligdom maar lukte daar niet in, alsof iets me tegenhield
telkens ik de deuren voorbij wou gaan. Dat bleef zo doorgaan tot
op het ogenblik dat ik mij richtte tot aartsbisschop Jean (Maximovitch)
en zei :"Luister Monseigneur, ik zal blijven in het Monasterium."
Op dat ogenblik kon ik binnengaan in het Heiligdom. Ik moet zeggen
dat mijn monniksleven gered geweest is door een wonder.
Denkt u dat alle monasteria
Levensregels zoals de uwe zouden moeten hebben?
Een goede higoumen zal deze
vraag nutteloos vinden. In elk klooster, elk land, elk volk, moeten
er nodige veranderingen en aanpassingen gebeuren. Daarover moet
men geen problemen maken. Wat belangrijk is, is zichzelf als offergave
aan de Heer aan te bieden; de vorm is niet zo belangrijk.
U hebt ongetwijfeld
een ambitie, een ideaal Welk?
Mijn ambitie is de genade
te verkrijgen in de hemel te komen. Mijn ideaal: het monastieke
leven daadwerkelijk in Vlaanderen te mogen inplanten, met een
uitbreiding van dit Monasterium, en mijn droom -als het God belieft-
te mogen realiseren, nl. een klooster te stichten in Mexico.
Vertel ons wat over
uw Parochie?
De
Parochie bestond om zo te zeggen al voor het Monasterium.
De mensen woonden de liturgische diensten bij en hielpen bij de
bouw van de kerk en van het klooster. Ik ben hen veel verschuldigd.
Het is ook aan de milde giften van de parochianen te danken, alsook
aan het werk van hun handen, dat de nieuwe kerk gebouwd kon worden.
Ik denk dat een Monasterium in het Westen open moet zijn voor
de mensen die God zoeken en dat de parochiedienst een plicht is
voor ons, in die zin dat we als klooster bidden voor de mensen,
hen helpen door te luisteren en raad te geven, en wij ontvangen
hen dus met veel liefde bij de dagelijkse gebedsdiensten. Velen
onder hen zijn ziek en moe. Hier geeft God hen rust, hulp en genezing.
Zij zien en stellen vast dat God leeft.
Kunt u ons ook spreken
over Uw visie betreffende de catechese van volwassenen en van
kinderen?
Het meest belangrijke is de
kennis van de Heilige Schrift en vooral van het Evangelie. Geen
cerebrale kennis maar een kennen dat het hart raakt. De mensen
moeten telkens ze de Heilige Schrift openen een rechtstreekse
ontmoeting hebben met hun Meester en Heer. Het is nodig dat ze
voelen dat God hun vriend is. Slechts daarna kan men "de grote
theologie" aanvatten. Men moet vooral vermijden dat de mensen
denken dat het ideeëngoed van het Evangelie "ouderwets" is en
voorbijgestreefd door een zogezegde grotere en diepere kennis.
De "theologische wetenschap" mag geen mist creëren rond het Evangelie.
Eender welke soort catechese moet verlichten en niet verduisteren.
Vergeten we ook niet het belang van de Kerkofficies voor de catechese
! Het is slechts door te bidden dat de mens de Waarheid leert
kennen. In het gebed wordt de mens "doxologie" (lof- verheerlijking).
God dank zeggen en het berouw in zich binnenlaten is voor de mens
het zekerste middel om God en zichzelf te kennen, welk het doel
is van elke catechese.
Wat hoopt u voor de
wereld van vandaag?
Het grote verlangen van een
goede christen is "MARANATHA". "Kom Heer, kom" maakt een einde
aan al dat menselijke verval. Ik denk dat dit mijn vurige hoop
en gebed is. Ik hoop dat de Heer niet langer zal wachten om zijn
Koninkrijk te beginnen.
Christus zei tot de
Apostelen: "Ik ben met u " en telkens u liturgie viert komt Christus
tegenwoordig in de werel, het is dus niet nog te komen. Waarom
dan "MARANATHA"?
In de Heilige Liturgie zeggen
we dat het Koninkrijk Gods reeds begonnen is. Hij is niet alleen
onder is, wij kunnen hem zelfs nuttigen, Hij is in ons. Maar wij
bidden ook elke dag het gebed dat de Heer ons geleerd heeft :
"Onze Vader. ..uw Rijk kome ...", dit wil zeggen dat zelfs indien
wij Kerk vormen en de Heilige Liturgie vieren, Gods Rijk nog niet
definitief gekomen is. "MARANATHA, KOM HEER." Dit betekent dat
ik bid opdat Gods Rijk definitief moge komen, dat er geen haat
of onrecht, honger en geweld, mishandelingen, prostitutie, enz.
meer zouden zijn. Wanneer wij een arme zien die uitgebuit wordt
door een rijke, dan kunnen wij niet zeggen dat het Rijk van de
Heer er is; dat is het rijk van de Satan. Er staat ook geschreven
in het Evangelie dat de prins van de duisternis heer is van de
wereld. We moeten altijd opletten voor uitersten: wanneer we bidden
dat Gods Rijk definitief moge komen op aarde, dan wil dat niet
zeggen dat we de mensen in de wereld verwerpen! We verwerpen de
'werken van het vlees' om heelons wezen te openen voor de werken
van de Geest.
Er bestaat een gevaar
voor het Monnikendom, nl. het verwerpen van de wereld, het apocalyptische
idee dat God komt om te straffen, om de corrupte wereld te doen
branden?
Ik heb helemaal niet gesproken
van straffen. Wanneer ik zeg dat "de Heer komt", dan spreek ik
niet van straffen. Laat ons zeggen dat het een overvloed van liefde
is die mij doet vragen dat deze wereld een einde kent. Wanneer
we eens ernstig naar de wereld kijken (maar misschien zien de
mensen in de wereld het anders) is er zo veellijden, lijden dat
mensen anderen aandoen, en ook hiervoor is het om zo te zeggen
nodig dat de Heer er een einde komt aan brengen. Het is helemaal
geen verwerpen en ook geen misprijzen van de wereld, maar het
is juist omdat we zoveel medelijden hebben met de mensen die leven
in armoede, in miserie, in lijden, in psychologisch leed, en er
niet uit geraken, dat wij om de komst van de Heer vragen.
Christus vraagt ons
om mee te werken, om meer actief te zijn; het Christendom mag
geen toevluchtsoord of veilige haven worden. Is het Oosterse monnikendom
niet bekoord geweest door een Esseense geest die de wereld verwierp
?
De
mens die dit niet doet, die zich niet verzet tegen de
wereld van slechte instincten in zijn hart, wil niet begrijpen
en handelen zoals het Evangelie. Natuurlijk zijn er tijdens sommige
periodes van de geschiedenis tendensen geweest om de wereld te
verwerpen in negatieve zin, maar dat heeft niet belet dat er ook
heel goede dingen waren. De Vaders van het monastieke leven verwierpen
niet de wereld maar het vlees. Kijken we even naar het leven van
de H. Antonius de Grote en van enkele anderen ( de H. Johannes
Chrysostomos, de H. Basilius van Cesarea, ...) : zij zijn de dokters,
de geneesheren van de wereld geworden. Meer recent ook aartsbisschop
Jean, man van gebed en van ascese, een man die hield van allen
en wonderen bewerkte voor allen, ofze nu orthodox, katholiek,
Jood... waren. Het monastieke, leven is een strijd zonder rustpauze,
niet alleen voor onszelf maar voor de hele wereld. Wij vergeten
in de wereld dat de Kerkvaders geschreven hebben "dat het lijden
en het ascetische gebed van de monniken de steun van de wereld
zijn". Iemand die naar het klooster gaat uit verachting voor de
wereld en die in die houding volhardt zal nooit een goede monnik
zijn. Men gaat naar het klooster omwille van de liefde Gods en
doorheen die liefde voor God bemint men gans de wereld. Dikwijls
voelen monniken veel meer het lijden van de wereld aan dan iemand
die in de wereld leeft.
Welke zijn de positieve
en negatieve punten in de wereld van vandaag volgens u ?
Ik ga u antwoorden met de
woorden van de Heer aan iemand die hem vroeg te beslissen in een
erfeniskwestie :"Man, wie heeft mij over u tot rechter of bemiddelaar
aangesteld ?" (Lucas 12,14). Ik ben geen rechter. Ik ben hier
om de mensen te helpen, om hen de weg naar God te tonen, om voor
hen te bidden, hen van sommige ziektes te genezen, maar ik ben
niet hier om te oordelen.
Wat zou uw boodschap
zijn aan de mensen die "een leven als iedereen" leiden ?
De grote boodschap die Christus
ons gegeven heeft :"Kindertjes, hebt elkander lief'. Ik denk dat
dit antwoord van de Heer alles bevat.
Daarom : "Mijn geliefden, stopt deze onzinnige
koers naar wellust Hou ermee op u zo gemakkelijk te laten beïitvloeden
door alles wat men u aanbiedt om uw verlangens te bevredigen.
Stop ermee als kinderen te spelen in de dodendans van het egoïsme.
Hou op het marionnettenmasker te dragen in het duivels carnaval
Keer terug tot de bron van uw leven die Christus is, Hij die gek
van liefde is voor u. Keer terug en laaft u aan de eenvoud van
het Geloof. Keer terug en omhelst elkander, want er is maar één
oplossing :"Kindertjes, bemint elkander.