WONDERBAAR IS GOD IN ZIJN HEILIGEN
Daarom dan laten ook wij, nu wij
zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle
last der zonde en met volharding de wedloop lopen. (Hebr. 12,
1)
Wij, die in een tijd leven waarin alles in
vraag wordt gesteld, hebben het nogal moeilijk bij het lezen van
de Heilige Schriften. Ons wordt veelal ingepompt dat we alles
liefst niet te letterlijk moeten nemen, maar heel de Schrift eigenlijk
te zien als een boek, dat moet worden geherinterpreteerd, naar
de'normen van de twintigste eeuw. De eisen, die Christus in Zijn
heilig Evangelie stelt, worden dan eveneens afgezwakt tot een
kleinburgerlijke moraal, waar wij ons gemakkelijk en goed bij
voelen. De Schrift, en zelfs God, worden dan inderdaad wat ons
door psychologen en psychiaters wordt verweten: een projectiebeeld
waar wij ons achter verschuilen, om het aardse leven tot een 'goed'
leventje te maken, waar wij met gemak de naaste kunnen onderdrukt
houden en onze rijkdommen opstapelen.
Maar in onze rustige kamer-moraal en divan-geloof
worden we opgeschrikt door mensen, die doorheen de eeuwen de eisen
van het Evangelie consequent gehoorzaamden. Zij stelden het Woord
van God boven elk mensenwoord, daar zij duidelijk begrepen dat
Zijn woorden, woorden waren van eeuwig leven. Zij werden nieuwe
mensen, die leefden vanuit de Heer, Die gezegd heeft: 'Ik ben
de Opstanding en het Leven'. Hun aardse leven kreeg een nieuwe
dimensie, de dimensie van de opgestane Christus, Die het heelal
hernieuwd heeft door Zijn levenschenkende Opstanding uit het Graf.
Zij leefden het leven van Christus, of veeleer Christus leefde
in hen, zoals de Apostel uitroept: 'Niet meer ik leef, maar Christus
leeft in mij'.
Hij
is het, Die als God mens is geworden, om de mens te heiligen en
te herscheppen en om de mens deelachtig te maken aan Zijn Godheid.
De God- Mens heeft het 'normale' leven op aarde geleefd, want
elke christen is geroepen dit leven te leiden, daar God ons oproept:
'Wees heilig, zoals Ik heilig ben'. Normaal, natuurlijk christelijk
leven is de heiliging van geheel ons wezen, onze geest, onze ziel,
en ons lichaam. En juist de Heiligen hebben ons getoond dat dit
leven geen utopie, geen mooie wensdroom is, maar een haalbare
realiteit voor elke christen, die is ingewijd door de Heilige
Mysteriën, die hem heiligen en hem deelachtig maken aan het Leven
van de Geest, Die in ons roept en werkt om ons tot 'Christus-dragers'
te maken. Door de deelname aan Gods leven in de Heilige Mysteriën
immers, krijgen wij deel 'aan de volheid der Godheid'.Er zijn
dus verschillende redenen om de levens der Heiligen te lezen en
vroom te overwegen. Zij tonen ons dat christelijk leven werkelijk
mogelijk is en dat leven in en uit Christs door de Geest een haalbare
realiteit is.
Wat ons misschien afschrikt is de manier van
presentatie van de Heiligen. Hagiografie had in de Middeleeuwen
stereotiepe neigingen die onze personalistische denkwijle nogal
stoort. Moeten wij dan, zo stellen wij ons de vraag, als het ware
onpersoonlijk worden? Moeten wij onze eigen individualiteit afstaan,
om met de Heer te kunnen zijn? Moeten wij in een soort kwezelachtigheid
vervallen, om God te behagen?
Niets is minder waar! Bij aandachtig lezen
en soms bij het afkrabben van de middeleeuwse franje, ontdekken
we krachtige persoonlijkheden, die elk op hun eigen wijze met
God zijn omgegaan. Elk heeft juist zijn eigen persoonlijkheid
ten sterkste ontwikkeld, door het feit dat hij of zij in een liefdesband
verbonden was met de Enige Drie, Die we in de volle zin Personen
kunnen noemen en Die in hun Godheid toch één en enkelvoudig zijn.
Er is ook geen uitverkoren vorm van heiligheid;
elk werd op zijn bijzondere manier tot de hoogste toppen verheven
door eigen inspanning en ascese, die toch voor elk menselijk wezen
eigen zijn. De één heeft geheel andere zwakke en sterke kanten
dan de ander. We zien ook in de grote verscheidenheid van figuren,
dat geen enkel karakter typisch eigen is aan heiligen: er lijn
opvliegende mensen bij, zwakke persoonlijkheden, althans aan het
begin van hun weg, harde en onverbiddelijke, gierigaards en ontuchtigen,
dieven en rovers; niemand is uitgesloten van deze uitverkoren
weg. Elke menselijke zwakheid, die ons tot excuus zou kunnen dienen,
komt in één of ander leven van de Heiligen voor; zij echter hebben
overwonnen. ..Ook de stand of intellectuele vorming speelt geen
enkele rol; zowel de eenvoudige als de geleerde, de vorst als
de onderdaan, de rijke als de arme, voor allen staan de deuren
der heiligheid open, waarachter Christus wenkt en ons toeroept:
komt, laat ons naar de Vader gaan!
Ook de fysieke gezondheid speelt geen rol;
immers zieken en lichamelijk zwakken kunnen eveneens door eigen
vormen van ascese met God spreken, zoals een vriend spreekt tot
zijn vriend en de mystieke hoogten bereiken van de getransfigureerde
wereld in Christus. En misschien juist in hen ontdekken wij de
meest fijngevoelige zielen, die ons, zwakken, het duidelijkst
op weg helpen.
Ook geen enkele stam, geen enkel volk, is meer
uitverkoren dan de ander. Heiligen bloeien op over alle landen
waar Christus verkondigd wordt en zij herscheppen de aarde tot
een lusttuin, waar het goed is om te wonen. Want hun gezelschap
vertroost en versterkt ons en doet ons reikhalzend uitzien naar
de definitieve doorbraak van het Koninkrijk der Hemelen; zowel
Grieken als Turken, Armeniërs als Egyptenaren. Syriërs als Palestijnen,
Vlamingen als Walen zijn opgenomen in de blijde reidans der Heiligen.
Welk een vernedering voor racisten!
De
Heiligen tonen ons ook, dat onze wortels in de hemel zijn. zodat
zij een voortdurende waarschuwing vormen ons niet te verankeren
in de pure, aardse, zinnelijke realiteit. In Christus hebben wij
ons hoofd in de hemel, zoals Augustinus zegt, en onze lotsbestemming,
ons doel is bij ons Hoofd te blijven; anders lopen wij het gevaar
'zinneloos' te worden. Wanneer wij Christus loslaten, dan verliezen
we, om zo te zeggen, ons hoofd, ons verstand, en worden wij mensen,
die aan de dood zijn overgeleverd.
Wanneer wij bij de Heiligen vertoeven, vertoeven
we bij God, want God rust temidden der Heiligen. Dan wonen we
in de hoge Hemelen en rusten temidden der Engelen, die ons in
de vreugde van de Bruiloftszaal binnenvoeren.
We lezen tevens de levens der Heiligen, omdat
hun levens de ware theologie zijn, de ware dogmatiek. Want echte
Theologie is niet in de boeken te vinden, waar zij dreigt te verdorren
en te verdrogen tot een verstandelijke kennis, maar wel in de
levens der Heiligen, die de theologie tot levensrealiteit maakt
en de dogma's tot levensbronnen, waaruit wij het water der verlossing
kunnen putten. Zij hebben de 'waarheid' beleefd; " niet besproken
of bediscussieerd. Zij hebben de Evangeliën als levenssnoer gebruikt
en niet achteloos behandeld als een cultureel document der eerste
christenheid.
De Heiligen leefden in de Drie-ene Godheid,
in de genade van Christus, de God-Mens, in de liefde van God de
Vader en in de gemeenschap met de Heilige Geest. De Heiligen versterken
ons geloof in de orthodoxe waarheid, die ze bevestigen met wonderen
en tekenen, die in de kracht van God bewerkt worden. Zij tonen
ons de juiste belijdenis; zij tonen ons de ware eredienst in Geest
en Waarheid en leren ons de vreugde van de liefde tot God, Die
Zijn Enige Zoon niet gespaard heeft.
De Heiligen leren ons; de Heiligen zijn onze
gezellen op de weg, want zij vergeten hun broeders niet, die nog
op aarde zwoegen. Medelijdend bidden ze tot de Heerser over het
al, aangevoerd door de Moeder van God, om vrede voor de wereld
en om de redding van elke mensenziel.
Daarom lezen wij de levens der Heiligen en
zwijgen, in bewondering over de grootheid van hun daden. Als wij
de krant lezen, horen we alleen over oorlog en oorlogsgeruchten,
over moord en doodslag; als wij romans lezen, dalen we in vele
gevallen af tot in de diepte der boosheid, die in onze zielen
huist; lezen wij de levens der Heiligen, dan horen we eindelijk
eens iets over het goede, over de positieve mogelijkheden van
de mens, over liefde en liefdesdaden, die zelfs onze verbeelding
te boven gaan; over medelijden en begrip, over kracht en sterkte,
over vrede en opstanding. En dat alles wordt bewerkt door de mens
in gemeenschap met God, Die wonderbaar is in Zijn Heiligen,
de God van Israël.
Hegoumen Thomas, Pervijze (B).
* Geschreven naar aanleiding
van het onlangs verschenen eerste deel van 'Heiligenjaar' (zie
publicaties van het Klooster St. Jan de Doper, Den Haag).