Heer Jezus Christus, Zoon van God, ontferm U over mij, zondaar.
Kerk Pervijze
schild Broederschap Vladyko Joan schild
Kerk Yanama
Webwinkel   Sitemap | U bent hier >Orthodoxalia > Heiligen Per Dag > 14 december

Thyrsus, Leucius en Callinicus

 

 

Thyrsus (icoon) en Leucius waren eerbiedwaardige burgers van Caesarea (Bithynië). Thyrsus was gedoopt, Leucius was een Christen en catechumeen. Callinicus daarentegen was een heidens priester.
Toen Cumbricius, een erfgenaam van Keizer Decius meedogenloos Christenen begon te martelen en te vermoorden, trad de onbevreesde Leucius op hem toe en vermaande hem: “Waarom voert gij strijd tegen uw eigen ziel, Cumbricius?” De rechter ontstak in woede en gaf het bevel Leucius te slaan, te martelen en tenslotte te onthoofden. De gemartelde Leucius stapte naar de plaats van de onthoofding, als naar een huwelijksfeest.
Toen Thyrsus de dood van de moedige Leucius aanschouwde, ontbrandde in hem dezelfde goddelijke ijver die in Leucius was ontvlamd, en ook hij verscheen voor de rechter om hem te berispen voor zijn boosaardige misdaden en zijn ongeloof in de Ene Ware God. Ook hij werd gegeseld en in de gevangenis geworpen. De onzichtbare hand van God genas echter zijn wonden, opende de gevangenisdeur en leidde hem naar buiten. Thyrsus zocht meteen Fileas op, de bisschop van Caesarea, om door hem gedoopt te worden. Na zijn doopsel werd hij opnieuw gevangen genomen en gemarteld, maar hij doorstond de helse pijnen, alsof hij ze niet in werkelijkheid, maar slechts in een droom beleefde. Door de kracht van zijn gebed vielen veel afgodsbeelden neer.
De afgodenpriester Callinicus, die van dit wonder getuige was, bekeerde zich tot het Christelijk geloof. Zowel hij als Thyrsus werden ter dood veroordeeld. Callinicus werd onthoofd, Thyrsus werd in een houten kist gelegd om doormidden gezaagd te worden. De kracht van God belette dit echter: de zaag raakte niet door het hout. Toen stond Thyrsus op uit de kist, bad tot God, dankte Hem voor de martelingen en gaf zijn ziel in vrede aan de Heer terug.
Op het einde van de 4de eeuw liet Keizer Flavianus in de buurt van Constantinopel een kerk bouwen, gewijd aan Thyrsus, waar hij de relieken liet onderbrengen. Thyrsus verscheen in een visioen aan Keizerin Pulcheria en gaf haar de raad de relieken van de Veertig Martelaren naast zijn relieken te begraven.

 

 

Kondakion t.2

 

Voor het Geloof hebt gij gestreden * en uw afkeer betoond voor het werk der boosaardige beulen. * Gij hebt weerstand geboden aan de dierlijke woede, * gesterkt door de hulp van Christus. * Bid voor ons, Heilige Thyrsus en Leucius, ** tezamen met allen die met u hebben geleden.

 

 

Naar begin pagina

 

 
© copyright 2003 - Broederschap Aartsbisschop Joan - alle rechten voorbehouden