Adrianus, Natalia en 23 Gezellen van Nicomedië
Adrianus was de militaire gouverneur van Nicomedië tijdens het bewind van Keizer Maximianus. Hij was diep verontwaardigd door de gruwelijke vervolging van de Christenen en hoogst verwonderd door de door hen betoonde moed en volharding. Daarom protesteerde hij hevig bij de Keizer, waarbij hij opmerkte dat het eervoller was bij de vervolgden te behoren dan bij de vervolgers. De Keizer verleende hem deze ‘gunst’ en liet hem opsluiten bij 23 Christenen. Van allen werden de knieën gebroken, waardoor ze hulpeloos werden achtergelaten met de verscheurende keuze: ofwel hun Geloof verloochenen, ofwel in de grootste ellende te sterven.
Natalia, Adrianus’ vrouw die zelf een Christen was, wist door omkoperij tot bij de gevangenen te komen, verlichtte hun pijnen en bemoedigde hen stand te houden in alle beproevingen. Adrianus stierf, omstreeks het jaar 300 en werd begraven te Agyropolis (Byzantium), waar ook de andere martelaren werden begraven. Natalia bezocht er vaak het graf van haar man en vond er zelf ook haar laatste, aardse rustplaats.
Troparion t.3
Het onvervreemdbaar geluk hebt gij verworven * door het Verlossend Geloof, Alzalige. De godloosheid van uw jeugd hebt gij verlaten * om in de voetsporen van uw Meester te treden. * Daardoor zijt gij rijk geworden aan goddelijke genadegaven. * Bid, Roemrijke Adriaan, tot Christus God ** om onze zielen te redden.
Kondakion t.4
Het woord Gods uit de mond der Godzalige Natalia * hebt gij opgenomen in uw hart, * Christus’ Martelaar Adrianus, * en gij zijt de folteringen tegemoet gesneld * om met uw vrouw de kroon te ontvangen.
|